Your Opinion Counts!

Customer satisfaction is our highest priority, so we would like to invite you to take part in our customer survey.
Please take a moment to help us improve our processes and services.

Click here for the survey

INNO|woordenlijst

De belangrijkste begrippen op het gebied van valbeveiligingssysteem, eenvoudig uitgelegd.

Valstopsysteem

Een valstopsysteem is een persoonlijk valbeveiligingssysteem dat de krachten beperkt die ontstaan tijdens het opvangen van de gebruiker.

 

Reddingssysteem

Een reddingssysteem is een persoonlijk valbeveiligingssysteem met behulp waarvan een persoon zichzelf of andere personen kan redden op een manier waarbij een vrije val wordt voorkomen.

 

Beveiliging voor platte daken

De beveiliging voor platte daken is een algemene term voor de verschillende maatregelen ter bescherming tegen vallen van platte daken. Met valbeveiliging voor platte daken worden zowel individuele als collectieve veiligheidsmaatregelen bedoeld waarvoor geen persoonlijke veiligheidsuitrusting tegen vallen is vereist, bv. een zijdelings beveiligingssysteem in de vorm van een steiger of een beschermende reling.

 

Beveiliging voor steile daken

Onder beveiliging voor steile daken worden verschillende maatregelen tegen vallen van steile daken verstaan (bv. dakbeveiligingshaak, kabelbeveiligingssystemen).

 

Valrand

De valrand is de rand waarover de personen op verhoogde en valgevaarlijke plaatsen kan vallen.

 

Slingerbeweging

Wanneer een persoon zich bij een val niet direct onder het verankeringspunt bevindt maar ver daarnaast, bestaat er gevaar voor een slingerbeweging. Hierbij slingert het slachtoffer als een pendel heen en weer waardoor het gevaar voor secundair letsel zoals kneuzingen en breuk sterk toeneemt. Bij het ontwerp van een valbeveiligingssysteem moet er daarom op worden gelet dat de gebruiker zo mogelijk verticaal ten opzichte van de verankeringsvoorziening kan bewegen.

 

Bandvaldemper

Een bandvaldemper beperkt de bij een val optredende krachten. Het gaat hierbij om een band waarbij in meerdere lagen over elkaar zijn genaaid. Bij een val scheurt de band en worden de optredende krachten verminderd tot maximaal 6 kN. Bij het ontwerp van valbeveiligings- en valstopsystemen moet absoluut rekening worden gehouden met deze uitrekking. De valdempers zijn vaak in de verbindingsmiddelen geïntegreerd.

 

Verbindingsmiddelen

De verbindingsmiddelen voren de verbinding tussen de verankeringsvoorziening en de te beveiligen persoon. Het ene uiteinde wordt aan het verankeringspunt of kabelbeveiligingssysteem resp. railsysteem bevestigd, het andere uiteinde aan de harnasgordel die de gebruiker op het lichaam draagt. Het verbindingsmiddel is een flexibele band, bv. een touw resp. riem (verbindingsmiddelen conform EN 362) of een valstopapparaat (conform EN 360). De verbindingsmiddelen moeten altijd in combinatie met een bandvaldemper worden gebruikt. Valstopapparaten zijn vaak uitgerust met een interne demping.

 

Opvanggordel

Dit is een veiligheidsgordel die op het lichaam wordt gedragen en dus deel uitmaakt van de persoonlijke veiligheidsuitrusting tegen vallen (PVU). Opvanggordels (ook opvangvesten) moeten conform EN 361 gecertificeerd zijn en moeten minimaal eenmaal per jaar worden gecontroleerd. Opvanggordels zijn voorzien van een D-ring waaraan de drager zijn verbindingsmiddelen bevestigd om de verbinding met de verankeringsvoorziening te maken. Opvanggordels leiden de krachten die bij een val optreden via de beenlussen naar de bovenbenen om ernstig letsel aan meer gevoelige lichaamsdelen te voorkomen. Daarnaast houden opvanggordels de drager na een val in een verticale positie. Wanneer de gordel bij een val daadwerkelijk is belast, moet de gordel worden vervangen.

 

Valstopapparaat.

Hieronder wordt een apparaat versteen dat dient als verbindingsmiddel. In een valstopapparaat zit een kabel of band ingebouwd, die om een trommel is gewikkeld. Bij normaal gebruik kan de kabel of band met een geringe weerstand uit de behuizing worden getrokken. Bij een val werkt er echter een rem op de trommel en wordt de vrije val van een persoon gestopt. Valstopapparaten zijn vaak uitgerust met een interne demping waardoor gebruik van een bandvaldemper overbodig wordt. Valstopapparaten moeten conform DIN EN 360 worden gecontroleerd en gecertificeerd.